Spread the word!

Het delen van de berichten op dagelijksedialogen wordt erg gewaardeerd! Spread the word of dialogue.

dinsdag 3 juni 2014

Dag 155 - Filosoferen doe je zo, leidraad voor de basisschool

Filosoferen met kinderen is de opmaat tot intensief kunnen werken met dialoog in het voortgezet onderwijs.
Een boek dat hier ruim handvatten in aanreikt wil ik hier graag aanbevelen.

Hoe filosofeer je met kinderen? Het boek Filosoferen doe je zo van Rob Bartels en Marja van Rossum gaat in op deze vraag. Het boek bestaat uit twee delen. Het eerste gedeelte is een werkwijzer, een inhoudelijk gedeelte over wat filosoferen is, waarom en hoe je het doet. Het tweede gedeelte is een concreet uitgewerkt programma voor groep 5 tot en met 8.

Het is belangrijk dat een leerkracht helder heeft wat filosoferen nu precies is. Het lijkt namelijk een containerbegrip te worden, dat iedereen op zijn eigen manier invult. Daarom is het goed dat de auteurs eerst duidelijk in beeld brengen wat nu een filosofisch gesprek is.

Kenmerken filosofisch gesprek

Het eerste kenmerk van een filosofisch gesprek heeft betrekking op de vragen die centraal staan. Die zijn van een heel andere orde dan vragen bij een gewoon gesprek. Het zijn hogere orde vragen. Je kunt ze onderzoeken door erover na te denken, je hoeft er niet voor op zoek naar feiten.
Het tweede kenmerk van een filosofisch gesprek is dat het een dialoog is. Dat wil zeggen: een uitwisseling van vragen en antwoorden, gericht op gezamenlijk nadenken. Het is geen discussie, waarbij je de tegenstander met argumenten wil overtuigen van jouw mening.
Het derde kenmerk is het bereiken van verdieping door redeneren en begripsvorming. In een filosofisch gesprek gebruiken kinderen bewust strategieën om te redeneren.

Opbouw van een filosofisch gesprek

Een filosofisch gesprek bestaat uit vier fasen:
 - De opening met de startvraag. Zorg voor een prikkelende vraag, laat daarna een stilte vallen.
 - De vervolgvragen. Gebruik vervolgvragen alleen als de dialoog een nieuw impuls nodig heeft.
 - De verdieping. Dit is het focussen op een aspect, idee of redenering. Meestal moet de leerkracht het initiatief nemen voor de verdiepingsfase.
 - De afronding. Bij filosoferen gaat het niet om een gezamenlijke conclusie of consensus. Het is goed om de kinderen als afronding van het gesprek hun inzichten vast te laten leggen. Dat kan op verschillende manieren.

Tips voor de leerkracht

Bij filosoferen gaat het niet om de dialoog tussen de leerkracht en de kinderen, maar om de dialoog tussen de kinderen onderling. Een valkuil bij het filosoferen is dat je als leerkracht teveel op de voorgrond bent. Enkele tips om dit te verminderen:
 - Luister goed, maar houdt altijd je eigen opvatting voor je.  Stuur het gesprek niet in de richting van een opvatting.
 - Wees nieuwsgierig en vraag door. Probeer hun gedachtegang te volgen.
 - Laat stiltes vallen, wacht waar de kinderen mee komen.

Doelstellingen

Een filosofisch gesprek heeft geen concrete doelstellingen, zoals een rekenles. De doelen van het filosoferen zijn lange termijndoelen. Er zijn verschillende typen doelstellingen:
 - Inhoudelijke doelstellingen, waarbij het gaat om kennis verwerven.
 - Doelen met betrekking tot het ontwikkelen van denkvaardigheden.
 - Doelen op het gebied van persoonlijke zingeving.
 - Doelen om de gespreksvaardigheden voor de dialoog te ontwikkelen.

Competenties

Democratisch burgerschap vraagt om bepaalde competenties, die de kinderen moeten ontwikkelen. De belangrijkste competenties zijn:
 - Het erkennen van verschillen.
 - Het in dialoog gaan over de verschillen.
 - Het waarderen van verschillen.
 - Het vreedzaam oplossen van conflicten.
 - Het in staat zijn om een oordeel te vormen.
 - Het ontwikkelen van een eigen identiteit, waardoor hij verantwoordelijkheid kan dragen voor zijn handelen.

Handleiding

Het tweede deel van het boek is het programma. De thema’s in deze handleiding kennen een vaste opbouw in vier stappen:
 - Van kinderen. Hierin staan fragmenten van gesprekken.
 - Oriëntatie. Hierdoor krijg je zicht op de vele aspecten die bij het thema horen.
 - Voorbereiding. Dit zijn de praktische aanwijzingen.
 - Uitwerking. Dit is het gesprek zelf. Bij elke les zit een werkblad.

Filosoferen doe je zo (Deel 2) is de handleiding voor de bovenbouw. Daarnaast is er Filosoferen doe je zo (Deel 1), de handleiding voor de onderbouw. Er zit ook een cd met werkbladen bij.

N.a.v. Rob Bartels en Marja van Rossum, Filosoferen doe je zo (Deel 2, Groep 5 – 8) DAMON 2009 ISBN 978 90 5573 920 2, € 29,90. Het boek is te bestellen bij uitgeverij Damon.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten